Een mooi hotel aan de Kroatische kust, een knusse stacaravan in hartje Italië of een gezellige familiecamping in Zuid-Frankrijk. Het zijn stuk voor stuk prachtige vakantiebestemmingen, maar ze hebben nog iets anders met elkaar gemeen: de lange weg ernaartoe. Daar kun je maar beter goed op voorbereid zijn, toch? Daarom speciaal voor jou: zeven praktische tips om een lange autorit te overleven.
Denk goed na over je reisdag
Het kan zo verleidelijk zijn: lekker in het weekend gaan rijden. Dan is er tenslotte geen of minder vrachtverkeer en kun je mooi (kilo)meters maken. Helaas gaat die vlieger niet helemaal op tijdens het vakantieseizoen. Je bent tenslotte niet de enige die er even lekker tussenuit gaat. Hou daarom rekening met files en drukte rondom bekende verkeersaders, zoals de Zwitserse Gotthardtunnel.
Zorg dat je de eerste dag het verste rijdt
Ga je naar een bestemming waarvoor je twee dagen in de auto moet zitten? Verdeel de kilometers dan goed over die twee dagen, zodat je niet teveel kilometers op een dag rijdt. Zelf rijd ik de eerste dag altijd het meest. Waarom? Omdat je dan nog fris bent en vroeg van huis kunt vertrekken. Daarnaast wil je wellicht op de tweede dag even rustig ontbijten én niet te laat op je bestemming aankomen. Kun je mooi nog even de tent opzetten voor het donker wordt. Overigens raad ik je af om ’s nachts te rijden, tenzij je nachtdiensten gewend bent. Je zult namelijk merken dat je na zo’n nachtje doorhalen minder alert bent als het licht wordt. En dat is precies het moment dat het drukker op de weg wordt. Een ongeluk zit in een klein hoekje, dat kun je maar beter voor zijn.
Neem genoeg eten en drinken mee
Het lijkt vanzelfsprekend, maar we benoemen ‘m hier toch: zorg dat je voldoende eten en drinken bij je hebt. Je weet immers nooit wat er onderweg gebeurt. Regel dus een thermosfles met koffie (of thee), sluit de koelbox aan en neem genoeg flessen water mee. En als je dan toch bezig bent, stop dan ook wat gezonde tussendoortjes in je tas. Een zak snoep is lekker, maar kan voor flinke suikerdips zorgen. Snoep met mate dus.
Plan ruimte in voor tussenstops
Als je vaker lange stukken hebt gereden, herken je het vast: na zo’n twee à tweeënhalf uur rijden ben je er wel even klaar mee. Heb je een medebestuurder, dan is dit het moment om van stoel te wisselen. Rijd je alleen? Zoek dan een parkeerplaats op en stap even uit. Niet om vervolgens neer te ploffen op de eerste de beste picknickbank die je ziet, maar juist om even te bewegen. Dat is goed voor je doorbloeding en zorgt ervoor dat je geen stramme spieren krijgt. Natuurlijk kun je ook prima even een mini-workout of een dansje doen.
Tussenstop geboekt? Check of je ‘m kosteloos kunt annuleren
Dit klinkt misschien een beetje dubbel: waarom zou je een tussenstop willen annuleren? Stel: je had jezelf voorgenomen om die eerste dag zo’n 750 kilometer te rijden. Dan zou je precies uitkomen bij dat ene hotel in München. Maar al tijdens de eerste tweehonderd kilometer merk je dat de rit eigenlijk veel soepeler verloopt dan je voor ogen had. Als dat zo doorgaat, rijd je liever nog even door. Dat scheelt weer op dag twee. De keus is snel gemaakt als je een verblijf hebt geboekt dat je kosteloos mag annuleren. Doe je er überhaupt dan verstandig aan om een tussenstop te reserveren? Ik denk het wel: het geeft toch een stuk rust als je weet dat je iets geregeld hebt voor onderweg. Zeker als je met (kleine) kinderen reist.
Gebruik de reistijd voor leuke dingen onderweg
Daarover gesproken: waarom zou je je eigenlijk alleen op de eindbestemming focussen? Een vakantie begint tenslotte zodra je de deur achter je dichttrekt en in de auto stapt. Kijk welke leuke hotspots (of juist onontdekte pareltjes) er op je route liggen en trek er tijd voor uit om ze te bezoeken. Dat geldt zowel voor de heen- als terugreis. Toen ik zelf vanuit Bosnië 1800 kilometer in m’n eentje terugreed, plande ik na elke 600 kilometer een leuk uitje en twee overnachtingen voor mij en mijn kinderen. Zo rust je even uit en hou je het vakantiegevoel vast.
Ga op pad met een betrouwbare auto
Oftewel: zorg dat je je auto goed onderhouden hebt. Niks zo lullig als ergens langs de kant van de weg te staan, omdat je vergeten was het oliepeil te checken. Overigens bieden veel garages een ‘zomercheck’ aan: daarbij kun je voor een klein bedrag je auto laten controleren. Uiteraard kun je ook een autoverzekering met pechhulp afsluiten. Wat je sowieso moet doen, is je gevarendriehoek én veiligheidsvest(en) onder handbereik neerleggen. Mocht je pech krijgen, dan ben je in ieder geval goed zichtbaar voor je medeweggebruikers.